Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En de Vader, Die Mij gezonden heeft, Die heeft Zelf van Mij [51]getuigd. [52]Gij hebt noch Zijn stem ooit gehoord, noch Zijn gedaante gezien. 51. Namelijk toen Ik van Johannes gedoopt werd. Zie Matth.3:17. 52. Dat is, al is het dat gij daarvan zeer roemt, dat uwe vaders Gods stem gehoord en Hem in enige openbaringen gezien hebben, nochtans toont gij metterdaad dat gij Hem noch gehoord noch gezien hebt, dat is, dat gij geen ware kennis van Hem en zijn Woord hebt, overmits gij in mij, zijnen Zoon, niet gelooft.